Reflectie didactiek

 

In een ver verleden heb ik een jaar PABO gestudeerd. Al snel kwam ik erachter dat het vak als leerkracht niets voor mij was. Ik ben overgestapt naar de opleiding pedagogiek, waar ik leerde meer individuele aandacht aan kinderen te geven. Dit lag mij beter.

Nu sta ik met regelmaat voor een groep kinderen. Nog steeds voel ik waarom ik niet heb gekozen voor het vak van leerkracht, maar ik kan inmiddels meer ontspannen voor de groep staan.

Wat ik hierbij erg belangrijk vind is dat ik de lesstof die ik over mag dragen ook leuk vind, of dat ik in elk geval achter de lesstof kan staan die ik mag overbrengen. Wanneer ik achter de lesstof sta, merk ik dat ik meer ontspannen voor de groep sta, en ik deze beter over kan brengen. Tijdens een les die ik onlangs gaf in een groep 4 verliep deze erg onrustig. Ik merkte dat ik de lesstof die ik over moest brengen niet leuk vond, dat ik niet achter de manier stond waarop ik deze over moest brengen. Daardoor focuste ik me te veel op de inhoud van de stof en keek ik niet naar datgene wat er bij de leerlingen speelde.

Ik ben gaan kijken wat nou in mijn ogen een goede docent is, Ik ben gaan kijken naar leraren uit mijn verleden en welke kenmerken deze had.  Een docent die me altijd is bijgebleven, is er een die goed kon vertellen, oog had voor alle kinderen en die inging op datgene wat er op het moment bij ons leefde.

Vraag die daarbij opkwam bij me is of goed leraarschap leerbaar is. In “lesgeven en zelfstandig leren” wordt gesproken over didactische en relationele eigenschappen van een docent. Ik denk dat didactische vaardigheden zoals het plannen, uitvoeren van de les wel te leren zijn. Relationele eigenschappen zijn naar mijn idee meer houdings eigenschappen die lastiger zijn aan te leren maar die je meer moet voelen. Ik denk dat deze in balans moeten zijn om een goede docent te zijn. Ook bij het geven van workshops in de klassen is dit al van belang denk ik. De eerste indruk die je bij kinderen maakt is naar mijn idee van groot belang voor de manier hoe kinderen naar je kijken en hoe ze op jou en je les reageren.

Een volgende keer dat ik een les ga geven wil ik zorgen dat ik een les heb waar ik achter sta, of dat ik hem in elk geval kan geven op een manier waarop ik achter sta. ik denk dat ik dat dan uitstraal naar de kinderen en dat ook zij de les dan leuker vinden.

Wat me erg is bijgebleven uit de bijeenkomsten didactiek is de inzet van technologie binnen de lessen. Technologie, kennis en didactiek dient in balans te zijn: Technologie dient op een nuttige manier te worden ingezet en niet alleen omdat het er is, omdat het kan. ik ben naar aanleiding van deze stelling gaan kijken op welke manieren technologie ingezet kan worden in het onderwijs.

Een interessante ontwikkeling in de manier van lesgeven is naar mijn idee het concept van  “flipping the classroom” waar Jelmer Evers over spreekt. Ook Jort, een vriend van ons en geschiedenisleraar uit Eindhoven is tot drie maal toe bijna tot leraar van het jaar gekozen om zijn inspirerende manier van lesgeven waarbij jongeren hun geschiedenisles via YouTube uitgelegd kregen en in de les meer aandacht is voor coaching. Dit principe van flipping the classroom spreekt me erg aan en kunnen wij als mediacoaches wellicht ook nog inzetten bij het delen van onze kennis onder collega’s of leerkrachten.